Inspiratie voor 2018

Wie wil er geen inspiratiebron zijn? Communicatieblad Fonk plaatste me in een rijtje van 20 inspirerende mensen voor 2018. Dat is natuurlijk erg leuk. Ze vroegen me waar ik op mijn beurt mijn inspiratie vandaan haal. Ik schreef het in één keer op. Hieronder vind je de integrale tekst. Ik wens iedereen een geïnspireerd 2018 toe. Waar vind jij je inspiratie? Ik hoor het graag.

“Ik schrijf over de toekomst. De toekomst zal altijd anders zijn dan vandaag en gisteren. We komen vooruit door het andere te omarmen. Door het andere in de ander te omarmen. De ander is mijn inspiratiebron. De persoon die een wezenlijk ander perspectief aandraagt. Die buiten de vaste kaders staat, de rafelranden van de maatschappij opzoekt, nieuwe grond verkent of juist de vergiftigde grond binnen bestaande denkkaders aanwijst.

Ik raak geïnspireerd door de underdog, de dwarsdenker, de eenzame demonstrant.

Terwijl ik hem soms bloedirritant vind. Maar juist wat irriteert intrigeert. Waarom erger ik me? Er is altijd een reden – en meestal schuilt die in gemakzuchtigheid. De ander confronteert me met de kaders rondom mijn eigen denken. Ik kan ze versterken en me afsluiten. Of mezelf verrijken. Vaak heeft de ander een punt. Soms is dat lastig te accepteren. Altijd moet je ernaar luisteren.

Ik luister naar Jerry Afriyie, naar columnist Asha Ten Broeke en naar Georgina Verbaan, ik luister naar vervreemdende kunstenaars en naar boze muziek. Naar aanleiding van de opkomst van een nieuwe lichting naargeestige narcisten in de landelijke politiek ben ik opnieuw opinieartikelen gaan schrijven. Ook dat is inspiratie.

Ik vertel en schrijf over mijn inspiratie. Ik hoop dat mijn werk me verbindt met de ander en soms zingeving brengt. In mijn eerste boek beschreef ik de tijdgeest – en waarom we blijven veranderen. Het bleek de opmaat naar de jaarlijkse TrendRede (de 8e versie verschijnt januari 2018). Mijn tweede boek was een praktisch boek over zingeving, dat mensen helpt om te luisteren naar het leven zonder zichzelf tekort te doen of voorbij te rennen. De roman waaraan ik werk brengt twee perspectieven samen die – op het eerste gezicht – niets gemeenschappelijks hebben: dat van een dader en een slachtoffer.

En afgelopen zomer begon ik aan een tweede boek over de tijdgeest, met als werktitel De samenloze leving. Wanneer we onze cirkels van vertrouwen inkrimpen, willen en kunnen we de ander straks niet meer zien. Wie is dan wij?

Er is meer behoefte dan ooit aan luisterend vermogen. Aan het perspectief van de ander. Aan toekomstpsychologie.”

Wat is het grootste probleem in Nederland?

Wat is het grootste probleem waar we in Nederland mee te maken hebben?

Vluchtelingen? Terrorisme dan? Veiligheid in het algemeen? Welnee. Ik kom nooit iemand tegen die ’s nachts wakker ligt van het aantal asielzoekers. Jij wel? Na een beetje doorvragen hoor ik steevast  een heel ander probleem. Ze noemen het allemaal anders, maar allemaal bedoelen ze hetzelfde: SYSTEEMPIJN. De frustratie die mensen voelen wanneer ze betekenisloze taken moeten uitvoeren omdat efficiency boven kwaliteit gaat. Meten boven weten. Dat ze geen enkele keuzevrijheid in hun werk overhouden omdat ze een algemeen protocol moeten volgen. Dat ze niet gehoord worden wanneer ze aangeven dat er dingen fout lopen. En als mens niet meer gezien worden. Dáár liggen mensen wakker van. Steeds meer, steeds vaker.

Het is ondertussen het grootste probleem waar we in Nederland mee te maken hebben. Systeempijn maakt mensen ziek. Ik schrik iedere keer weer van de vloed aan pregnante voorbeelden die ik hoor tijdens een workshop. Goed dus dat NRC een serie maakt over burn-out.

De slapeloosheid, de stress en de uiteindelijke burn-out wordt op kantoor veroorzaakt. De werkplek. “Waar alles steeds goedkoper, sneller en efficiënter moet. Waar je „altijd beschikbaar moet zijn en continu beoordeeld wordt”, schrijft een 26-jarige co-assistent die al negen maanden thuiszit. „Mijn eindeloze enthousiasme, gebrek aan inspraak en invloed op de taken en roostering, steeds wisselende stage-omgevingen en de continue prestatiedruk hebben me genekt.” Het citaat komt uit NRC van afgelopen zaterdag. Je leest het hele artikel hier.

Er zou nog veel meer over geschreven moeten worden. Iedere dag. Totdat het bovenaan de politieke agenda is gekomen. UPDATE 29/9: NRC beschrijft opnieuw een schrijnend geval van systeempijn, in de jeugdzorg.

Zorghart en Stuurhoofd

Goed dat de Volkskrant dit weekend ruim aandacht gaf aan de manager in de zorg. Ze staan ondertussen voor het grote kwaad – en in sommige gevallen was dat terecht. Maar de zorg is een paar jaar geleden al aan een stille revolutie begonnen. Ik zie dat in de praktijk, bij klanten. De buitenwereld klaagt nog over ‘al die managers’, maar je moet ze ondertussen met een lantaarntje zoeken. “We zijn natuurlijk zo lean als de neten”, meldt middlemanager Hanny Veenhuis. Ze stuurt in haar eentje 2000 (!) zorgverleners aan. Alle complimenten voor Hanny en de ook in het artikel voorkomende Gaby. Zij stelt: “De verzorging wil ondersteuning en mijn taak als manager is om naar ze te luisteren. Zo simpel is het.” Ja. In de praktijk blijkt de revolutie richting zelfsturende teams weerbarstig. Het is hard werken voor de paar overblijvende middlemanagers, die de losse eindjes bij elkaar proberen te houden. Vaak vraag ik het directies: “En? Hebben jullie die teams gevraagd waar en wat ze zelf willen sturen?” Verbaasde blikken zijn steevast mijn deel. Meestal blijkt de ‘professionele ruimte’ een strategie die top-down wordt uitgerold. Van boven af opgelegde zelfsturing: een stuurhoofd. Dat het een paradoxale veranderopdracht is, dat is nog niet overal doorgedrongen. Het gevolg: frustratie. “Het systeem is nergens veranderd, alleen moeten we het nu allemaal maar zelf uitzoeken.” Zelfsturing betekent soms jezelf laten sturen. En dat geldt voor elk niveau. Als vanzelfsprekend aannemen dat een organisatie zonder managers kan, kan even desastreus uitpakken als de aanname dat mensen niet effectief werken zonder sturing. Mensen maken de kwaliteit, vormen het Hart van de Zorg, laat ze dan zelf nadenken over hoe ze tot die kwaliteit kunnen komen – en waar ze zelf sturing prettig vinden. Iets om over na te denken, aan de hand van dit artikel.

De mens een narcist..?

“Eigendunk is mainstream”, zegt Jan Derksen in een interview met de Volkskrant. “Extreem individualisme rukt op.” Dat maakt mensen ondernemender, creatiever. Narcisme is niet voor niets een motor voor dadendrang. Derksen somt ook de negatieve kanten op: extreme arrogantie. Egocentrisme. Grootheidswaan. Gebrek aan empathie. Anderen als pion zien. Alleen bevestiging tolereren. Jan Derksen: “een kring die alleen maar bevestigt en kritiek mijdt, is het recept voor een ramp.” Het is nogal wat – en ik herken het, in mijn werk. Het botst, steeds harder. In de maatschappij en in de directiekamer. En tussen de directiekamer en de maatschappij.

Er komt nieuwe energie bij vrij, dat wel. Niet voor niets is ‘het individu als bouwsteen van de samenleving’ het centrale thema in mijn lezingen. We zitten in een overgangsfase. Het narcistische individu is nog een onzeker individu, dat zichzelf overschreeuwt, op zoek naar betekenis en bekrachtiging. Het schreeuwt om nieuwe kaders – de ruimte is te groot, de angst voor de eigen destructieve neigingen neemt toe. De aanvragen voor coaching stijgen mee – ook bij mij.

En daar komt een tweede grote ontwikkelingsgolf naar boven: de betekenisrevolutie. Steeds vaker zoekt de narcist hulp. Wil op zijn plaats gewezen worden. Vriendelijk, subtiel, met begrip voor zijn gevoeligheden. Het individu wil meer dan alleen zichzelf zijn (wat dan ook moge betekenen) – het wil een bouwsteen zijn binnen een groter bouwwerk. We denken meer vanuit onszelf, maar we beseffen ook eerder dat we niets zijn zonder de anderen. We hebben het andere in de anderen nodig om vooruit te komen. “Ikke ikke en de rest kan stikken, dat werkt niet meer.” Leve de betekeniseconomie. We gaan er veel over horen, de komende jaren. De realiteit mag op dit moment weerbarstig zijn, de onderliggende golven stemmen me optimistisch.

tom kniesmeijer tks toekomstpsychologie trends betekenis

Zachte leider, harde resultaten

Een mooi interview met CEO Wouter Torfs, van het Belgische schoenenlabel Torfs, in de Knack. “Wat is er mis met wat zachtheid in het bedrijfsleven te brengen?” Een goede vraag. Niks. Zeker niet wanneer je, zoals hij, het bedrijfsresultaat er mee verdertienvoudigt. Waarom de harde CEO uithangen als jezelf zijn meer oplevert? Het is een vraag waarover veel bedrijven nadenken. Soms vanuit interne overwegingen, soms omdat consumenten erom vragen. Onderzoek geeft het al aan: bedrijven die denken in zingeving en hun rol binnen de samenleving groeien harder – en meer continu. Wat is jouw betekenis binnen het grotere geheel? Denk je er wel eens over na? Zingevingsfitness, dat zouden meer organisaties moeten doen.

 

Over de muur

Consumenten verwachten steeds meer van merken en de bedrijven daarachter. Ook als organisatie ben je onderdeel van het grotere geheel. Ben je een belangrijke factor binnen de samenleving. Ik schreef al eens over de toenemende weerzin tegen bedrijven als Starbucks, die wel winst ophalen uit landen, maar belastingen op grote schaal ontduiken, zodat ze nergens echt bijdragen aan een samen-leving. Aan de positieve kant blijken bedrijven die zich maatschappelijk verankeren sneller en meer continue te groeien dan bedrijven die dat niet doen. De tijdgeest vraagt om betrokkenheid. De consument wil durven vertrouwen op organisaties en is juist daarom kritisch. Hij zoekt naar werkelijke betekenis, vanuit product én verbinding met de maatschappij. De Superbowl van 2017 maakt nog eens stevig duidelijk dat veel bedrijven dat ondertussen wel snappen. Ze kijken voorbij de muren van het eigen bedrijf – naar de wereld – en vertellen wat ze zien. Dat noemen we identiteit. Er waren nogal wat merken die zich uitspraken. Audi over vrouwenrechten, Budweiser over immigratie, net als het voorbeeld hieronder, dat wel het meest scherp op de actualiteit zat: 84Lumber, een bouwbedrijf. Mooi. Klik op het screenshot en zie de volledige film.

Ook leuk: zelf deze post schrijven en dan dit artikel in The Guardian lezen.

TrendRede op de radio

Gisteren presenteerden we de zevende TrendRede aan Nederland, in een volle zaal in Pakhuis de Zwijger. Voor mij persoonlijk nu al een van de hoogtepunten van het jaar. Zeven jaar geleden bedacht ik spontaan iets moois. Om te merken dat het betekenis heeft gekregen voor zoveel mensen, daar word ik iedere keer opnieuw even gewoon gelukkig van. Een fijne avond was het dus, met een goed zaalgesprek na afloop. Heb je het gemist? De tekst is te lezen en te downloaden op de site. Vrij voor iedereen. Omdat de toekomst belangrijk is voor iedereen. Geniet ervan, gebruik hem, geef hem door! Voor de liefhebbers van een korte samenvatting gaf ik een interview aan het NPO Radio1 nieuws.

https://vimeo.com/198984342

 

2017. Jaar van levenskracht en loutering.

Verwarring, onrecht, afscheid. En vooral woede. Het zijn woorden die veel gebruikt worden om 2016 te omschrijven. Er kwam nogal wat boze energie vrij, in 2016. Niet zo gek dus dat ze ook de toon aangeven van de mooiste en meest relevante muziek die ik dit jaar hoorde. Het mooie van muziek is dat het zo één op één de tijdgeest duidt. Kijk naar de hitparade en zie de trends, zeg ik altijd. Muziek is primaire emotie en wijst een weg naar de mogelijkheden om ermee om te gaan. Zoals we vroeger naar een priester of imam luisterden, zetten we nu Bowie of Beyoncé op. De beste muziek van 2016 begint met pijn en woede. Maar woede is nooit een eindstadium. De muzikale helden van 2016 zetten hun woede om in iets mooiers, iets diepers: levenskracht. Ze gaan door hun pijn heen en komen er aan de andere kant gelouterd uit. Ze maken kunst van menselijke emoties. Als 2016 het jaar van de woede was, dan wordt 2017 het jaar van de loutering. De mooiste vijf albums van het jaar dragen het al in zich, elk op een eigen manier. Een absolute favoriet kiezen is ondoenlijk. Deze vijf raakten mij het meest. Weten waarom? Je leest het hier.

    

2017. Jaar van levenskracht en loutering.

Niet meer zonder jou

Niet meer zonder jou. Zo heet de theatervoorstelling waarin Nazmiye Oral haar moeder het toneel op sleept en met haar in gevecht gaat, soms letterlijk.

‘Je vader en ik hebben besloten, als je niet doet wat wij zeggen, plegen we zelfmoord.’

Het zal je maar gezegd worden, als dochter. Terwijl je vrijheid wilt voor jezelf.

Nazmiye: ‘Die zin sloeg me in mijn rug en voor het eerst in mijn 18 jaren sloeg hij me glashelder. Ik draaide me om en zag mijn plek te midden van mijn gemeenschap, onbewoond door mij. Want anders. Dus onwaardig. Een plek om voorgoed te verlaten. Ik keek mijn moeder bloot in haar ogen. Maar het is mijn plek, mijn geboorterecht. Ik laat van mij geen vreemde maken. Ik zal niet doen wat je zegt. Ik zal mijn eigen pad volgen, en terwijl ik dat doe, kun je me niet verstoten want ik zál anders zijn, maar niet meer zonder jou.’

Aan het eind van de voorstelling hou je niet alleen van de moedige dochter, die haar eigen keuzes maakte, maar ook van de onverwoestbare moeder – die niet los laat – en toch maar mooi daar zit, midden op het podium. Omdat haar dochter dat wilde.

Het is een intense en persoonlijke voorstelling, die direct ook een groter gebaar maakt richting de tijdgeest. Zoals goed theater dat vaak doet. Hebben we als samenleving die catharsis niet hard nodig, om alle woede weg te kunnen laten vloeien?

Het zou een fantastisch media-initiatief zijn. We brengen ze samen in een ruimte en sluiten ze twee uur samen op, de Turks-Nederlandse treitervlogger en de Zaanse Dirk-shopper. Een PVV- en een GroenLinks stemmer. Een zorgverzekeraar en een huisarts. Ze mogen alles zeggen, alles uitspreken wat ze dwars zit, maar ze krijgen geen uitwijkoptie, mogen elkaar niet ontlopen. Ze mogen van elkaar geen vreemde maken. Want: we zullen allemaal ons eigen pad volgen, maar niet meer zonder elkaar.

#kerstgedachte

Betekenisrevolutie in de Marketing..?

Adformatie (vakblad voor marketingcommunicatie) vroeg om een essay over de staat van het communicatievak. Tijdens lezingen spreek ik over de BETEKENISREVOLUTIE die gaande is. Wat houdt die in voor merken, marketeers en reclamemensen? Waarom zien we nog zo weinig vooruitstrevende, vanuit identiteit voortgekomen communicatie? Lees het hier.